Het middenrif is een ademspier in de vorm van een koepel tussen de buik- en de borstholte.

Het wordt ook wel het tweede hart genoemd, omdat als het middenrif optimaal kan uitslaan in de adembeweging, het middenrif het hart ontlast.

 

Hoe kunnen we nu het middenrif betrekken bij de adem?

Hoe kunnen we er voor zorgen dat het middenrif ruimte geeft voor de longen bij de inademing, dus dat het middenrif zakt bij de inademing?

Helaas kunnen we deze spier niet rechtstreeks de opdracht geven om te zakken bij de inademing. Wat we wel kunnen doen is de buikholte ruimte geven, zodat het middenrif kan zakken. Door de buik- en eventueel bekkenbodemspieren lang te maken. Maar spieren kun je niet lang maken, je kunt ze alleen loslaten na het aanspannen.

Hier zie je het belang van getrainde (maar niet overtrainde!) buikspieren en bekkenbodemspieren. Door bij de uitademing de navel en eventueel bekkenbodemspieren in te trekken, kunnen deze worden los gelaten(lang worden) bij de ínademing. Er ontstaat ruimte in de buikholte, de buikorganen zakken, het middenrif zakt, de longen worden optimaal gevuld.

 

Om het middenrif optimaal te laten functioneren is het belangrijk dat het middenrif ontspannen is.

Dit hangt samen met ontspanning in de schouders: want als je continue de schouders iets optrekt, trek je continue het middenrif wat op. Maar ook met ontspanning in de flanken. Ontspanning in de psoas. Ontspanning in de buik en de bekkenbodem. Ontspanning in deze gebieden maakt het mogelijk om het middenrif te betrekken bij de adem en je welzijn aanzienlijk te verbeteren.

 

Vind je deze reflectie mooi of interessant, of op een andere manier waardevol?
Meld je dan aan bij reflectie@yogabijsan.nl dan ontvang je de reflectie elke week in je mailbox.

 ************************************************************************************************