Reflectie: De onderste Ademruimte
De onderste ademruimte is het gebied tussen de onderbuik, de onderrug, met daarin het heiligbeen en de bekkenbodem. Dat is ons fundament, onze basis. Als we daar de adem ervaren voelen we ons geborgen. Het is het gebied van warmte en draagkracht. Van vruchtbaarheid. De adem in dit gebied is een bron van vitaliteit. Maar misschien nog wel veel belangrijker: hier kunnen we totaliteit ervaren. Hier voelen we ons heel, één met Al. Thuis in ons Zelf.
De adem in de onderste ademruimte wordt vaak alleen in de onderbuik ervaren, met name in een liggende houding. De onderbuik bestaat uit weke delen, en dus is de adembeweging goed voelbaar aan de buitenkant, de periferie. De anatomie van de onderrug wordt gevormd door de achterkant van de bekkenschaal en het heiligbeen, wat minder ruimte geeft voor die adembeweging aan de buitenkant. Maar er is evenveel adembeweging in de onderrug als in de onderbuik. De adembeweging ontstaat door de beweging van het middenrif, die de hele onderste ademruimte gelijkmatig beroert. Zo ook in de bekkenbodem. De structuur van de bekkenbodem, dat hangmatje tussen het schaambeen en het heiligbeen laat ook weinig beweging toe aan de buitenkant en is dus vaak minder bewust. Maar ook hier is er evenveel adembeweging als in de onderbuik. Door de adembeweging bewust te maken in de hele onderste ademruimte, dus ook in de onderrug, het heiligbeen en de bekkenbodem komen we thuis in ons Zelf. Daar waar we heelheid ervaren.
Vind je deze reflectie mooi of interessant, of op een andere manier waardevol?
Meld je dan aan bij reflectie@yogabijsan.nl dan ontvang je de reflectie elke week in je mailbox.