Reflectie:   De juiste houding voor een vrije adembewegingrechte rug

Adem en houding hebben een directe invloed op elkaar. Bij de juiste, natuurlijke houding is de ademkolom in de romp vrij en kunnen we die verticale adembeweging ervaren diep in de onderbuik en bekkenbodem tot in de hele borst, de sleutelbeenderen en de keel. En tegelijkertijd die horizontale adembeweging vanuit de flanken tot in de ellebogen.

Maar wat is een juist ‘rechte’ houding? We hebben allemaal in ons leven aanwijzingen gekregen om recht te zitten of te staan: knieën van het slot, bekken kantelen, buik intrekken, borst er wat uit tillen, enz.enz. Allemaal aanwijzingen die we direct in de prullenbak kunnen gooien, want het zijn allemaal aanwijzingen waarbij we onze buitenliggende bewegingsspieren moeten aanspannen om tot een zogenaamde rechte houding te komen.

De sleutel tot een juiste houding is het meegaan met de zwaartekracht. In het zitten meegaan met de zwaartekracht en je laten zinken loodrecht op de zitbotjes en in het staan in het midden van de drie punten van onze beide voetzolen: het midden van het punt in de hak, de wortel van de grote teen en de wortel van de kleine teen. Het is een natuurwet dat als je mee gaat met die zwaartekracht richting de aarde er vanzelf een kracht omhoog ontstaat die zijn weg vind door ons skelet. Het skelet geeft ons lichaam vorm en structuur. Als het juist gestapeld is, is er doorgifte van die opwaartse kracht omhoog vanaf de voeten of zitbotjes tot in de kruin. Een moeiteloze oprichting die ondersteund wordt door de daarom heen liggende musculatuur: de dieper gelegen houdingsspieren rondom het skelet. Houdingsspieren zijn zo geëvolueerd dat ze de hele tijd actief kunnen zijn om de houding te ondersteunen zonder dat ze moe worden. Als het skelet niet goed gestapeld is door bijvoorbeeld een ronde bovenrug met het hoofd wat naar voren, dan zal het lichaam de hele tijd de bewegingsspieren moeten inzetten om overeind te kunnen blijven. Maar bewegingsspieren kun je tijdelijk inzetten met veel kracht, maar moeten dan herstellen. Dus als ze chronisch aangespannen zijn ontstaan er klachten, in dit geval in de rug, de schouders en de nek. Meegaan met de zwaartekracht, zodat er een juiste, natuurlijke houding ontstaat, geeft ruimte voor die verticale en horizontale adembeweging. Omgekeerd ook: Kun je die verticale en horizontale adembeweging ervaren dan weet je dat de ademkolom vrij is, de houding gedragen door het skelet en de houdingsspieren.

Vind je deze reflectie mooi of interessant, of op een andere manier waardevol?
Meld je dan aan bij reflectie@yogabijsan.nl dan ontvang je de reflectie elke week in je mailbox.

*********************************************************************************************************************************

Reflectie:   De ribbendriehoek.uddiyana-bandha

Als we in die horizontale richting door de flanken heen ademen tot in de ellebogen, dan verandert onze houding. Dan verandert je stemming.  Omgekeerd ook: als onze houding verandert dan verandert de adem, verandert je stemming.

Het mobiliseren van de middelste ademruimte, die ring rondom het middenrif, die bestaat uit de rug, de flanken en aan de voorzijde de ribbendriehoek, maakt het middenrif vrij, zodat het optimaal kan uitslaan. Een vrije beweging van het middenrif vitaliseert en geeft zelfvertrouwen. Niet alleen het mobiliseren van de flanken maar ook het ontspannen van de rug zorgt ervoor dat aan de voorzijde, die ribbendriehoek, die gevormd wordt door het borstbeen als punt bovenin en de onderste ribben de benen van de driehoek, open en zacht is. Die ribbendriehoek is een onbeschermd gebied met weke delen, waar spanning zich kan ophopen. Onze houding is van grote invloed of dit gebied vrij is. Als we onze armen klemmen tegen de romp wordt die driehoek wat in elkaar gedrukt en geeft een gevoel van beklemming en benauwdheid. Als onze rug rond is, de schouders naar voren, het hoofd naar voren, dan wordt die driehoek afgeplet. Of als we een zogenaamde militaire rug hebben waarbij de borst eruit getild wordt, de rug overdreven hol, dan staat die ribbendriehoek onder spanning. In alle gevallen is het middenrif niet vrij en zijn we gauw vermoeid en kunnen ons onzeker voelen. Het gaat om het vinden van het midden in de houding, waarbij de ring rondom het middenrif vrij kan bewegen, de ribbendriehoek open en zacht, de adembeweging niet alleen horizontaal maar ook verticaal. Het middenrif slaat optimaal uit, we zijn niet langer moe maar energiek en kunnen staan voor onze zaak, vol zelfvertrouwen.

Vind je deze reflectie mooi of interessant, of op een andere manier waardevol?
Meld je dan aan bij reflectie@yogabijsan.nl dan ontvang je de reflectie elke week in je mailbox.

*********************************************************************************************************************************

Reflectie:   De middelste ademruimte.lichaam-en-geest

Na een uitstapje te hebben gemaakt naar de ayurveda keren we weer terug naar de adem. De adem is de verbinding tussen het lichaam en de geest. We hebben aandacht besteedt aan de onderste ademruimte, de ruimte in de buik, bekken, onderrug en benen, alwaar de adem ons doet aarden en thuisbrengt in onszelf. De bovenste ademruimte is de ruimte in de borst, schouders, armen, handen, nek, keel en hoofd, alwaar de adem ons verbindt met de wereld rondom en onze spiritualiteit. De middelste ademruimte is de verbinding tussen die twee. Je zou het kunnen vergelijken met een boom: de onderste ademruimte is dan de wortels van de boom, die diep in de aarde geworteld zijn, de bovenste ademruimte de boomkruin die uitreikt naar het licht, de kosmos, naar ontplooiing en de middelste ademruimte is dan de stam van de boom. Die stam dient sterk maar ook elastisch te zijn. De middelste ademruimte is het gebied van het middenrif,  de grootste ademspier in ons lichaam. Die grote, koepelvormige spierplaat die onze romp doormidden snijdt is de bron van de adembeweging en geeft die verticale adembeweging door tot in de onderste en bovenste ademruimte. Bij de inademing spant het middenrif zich wat aan, en als spieren zich aanspannen verkorten ze, dus die koepel vlakt af, duwt de buikorganen naar beneden en wat naar buiten. Uitademend ontspant het middenrif, de koepel veert terug in zijn originele vorm en duwt de longen van onderaf leeg. Dan ervaar je die zogenaamde verticale adembeweging van onderaf. Het middenrif zit aan de voorkant vast aan het borstbeen, rondom aan de onderste ribben en aan de achterkant aan de lendenwervels. Het is van belang dat deze hele ring mobiel en vrij is om die adembeweging door te geven. Niet alleen in een verticale richting maar ook in een horizontale richting, vanuit de flanken tot in de ellebogen. Zodat we kunnen ademen tot in onze ‘vleugels’. Mede geïnspireerd door mijn frozen shoulder , waarbij ik mijn bovenarm steeds licht geklemd houdt tegen mijn flank merk ik de beklemming en beperking in de adem. Door in dat horizontale vlak te ademen, verandert onze houding, verandert onze stemming. De adem krijgt ruimte, zo ook het lichaam en de geest.

Vind je deze reflectie mooi of interessant, of op een andere manier waardevol?
Meld je dan aan bij reflectie@yogabijsan.nl dan ontvang je de reflectie elke week in je mailbox.

*********************************************************************************************************************************